Marktontwikkelingen mei 2024

Mei was een relatief rustige maand. Er was de gebruikelijke aandacht voor inflatiecijfers en reacties van centrale banken daarop (wanneer en hoeveel renteverlagingen kunnen we nog verwachten dit jaar?). Als we even uitzoomen zien we dat de schommelingen in inflatie steeds kleiner worden en zich steeds meer gaan begeven in de richting die door centrale banken geambieerd worden. Naast deze macro-economische cijfers was er aandacht voor bedrijfscijfers (met name Nvidia kan de laatste tijd op veel belangstelling rekenen). Deze stemden markten gerust en waren aanleiding voor hogere koersen.

De euro stond iets onder druk tegenover de grootste valuta, behalve ten opzichte van de Japanse yen. En bij grondstoffen viel op dat de prijzen van graan (+14%) en gas (+28%) hard opliepen.

 Aandelen

Mei was wederom een goede maand voor aandelen, en april leek dus (tot nu toe) niet meer dan een dipje te zijn geweest in een opgaande trend. De afgelopen maand behaalde de brede MSCI All Countries World Index (ontwikkelde + opkomende markten samen; in euro gemeten) een positief rendement van 2,5%. Voor heel 2024 staat de index al op een fraaie 10,8%. Anders dan in april waren het nu juist ontwikkelde markten (+2,9%) die het veel beter deden dan opkomende markten (-1,0%). Binnen de ontwikkelde markten wist alleen Japan niet in het groen te eindigen (-0,2%). Pacific exclusief Japan (+1,9%) deed het aanzienlijk beter, maar kon niet tippen aan Noord-Amerika (+3,1%) en Europa (3,3%). Bij de opkomende markten was het beeld juist andersom. Alleen China wist een positief rendement te behalen (+0,9%). Azië eindigde net in de min (-0,1%), maar EMEA (-3,8%) en Latijns-Amerika (-4,6%) leverden behoorlijk in de afgelopen maand. Aandelen met de stijl groei (+3,5%) deden het aanzienlijk beter dan aandelen met de stijl waarde (+1,4%).

Obligaties

Op het gebied van kapitaalmarktrentes hadden we te maken met een divers beeld in mei. Waar in Europa de meeste landen een lichte stijging lieten zien, was er een daling waarneembaar in de VS. De 10-jaarsrente aldaar daalde met 0,18% tot 4,50%. De 10-jaarsrente op Duitse staatsobligaties steeg licht: +0,08% tot 2,66%. Dit was exact gelijk aan de stijging die te zien was bij Nederlandse staatsobligaties en kwam uit op een niveau van 2,95%.

Ook in mei was er een licht positieve ontwikkeling bij obligaties met een hoger risicoprofiel. Bij minder risicovolle bedrijfsobligaties bedroeg de daling van de risicopremie 0,05% (tot 1,07%). Dezelfde daling was te zien bij meer risicovolle bedrijfsobligaties tot een niveau van 3,33%. Bij staatsobligaties van opkomende markten was echter een ander beeld te zien. Daar liep de risicopremie op met 0,08% naar 3,53%.