Marktontwikkelingen april 2024

De positieve lijn van het eerste kwartaal kon helaas niet doorgezet worden in april. Een combinatie van verdere geopolitieke spanning in het Midden Oosten (dit keer in de vorm van een conflict tussen Iran en Israël) en hoger dan verwachte inflatie in de VS zette de financiële markten lager. Het geloof in renteverlagingen door de FED neemt af en als deze plaats zullen vinden dan zullen ze lager in aantal én hoogte zijn. Verder viel op dat de centrale bank van Japan intervenieerde om de daling van de yen tegen te gaan.

De Amerikaanse dollar en de goudprijs trokken verder aan en ook de grondstoffenindex ging hoger de maand uit (+5,2%).

 Aandelen

Na een prima eerste kwartaal nu dus negatieve rendementen voor de meeste aandelenmarkten in april. De brede MSCI All Countries World Index (ontwikkelde + opkomende markten samen; in euro gemeten) behaalde een negatief rendement van -2,3%. Hierbij was opvallend dat opkomende markten het veel beter deden dan ontwikkelde markten en zelfs een plus op de borden wisten te zetten (+1,5%). Het negatieve rendement van ontwikkelde markten bedroeg -2,7%. Noord-Amerika (-3,2%) heeft met een zware weging in deze index hier een groot aandeel in. Japan was de enige regio die het nog slechter deed in april (-3,9%). Europa (-0,9%) en Pacific exclusief Japan (-0,2%) bleven dichter bij huis. Bij de opkomende markten zagen we dat er slechts één regio was die een negatief rendement behaalde: Latijns-Amerika (-2,5%). Positieve rendementen werden genoteerd door de overige regio’s. China (+7,7%) ging fier aan kop. Azië (+1,9%) en EMEA (+1,2%) deden het iets rustiger aan. Aandelen met de stijl groei (-2,0%) verloren iets minder terrein dan aandelen met de stijl waarde (-2,6%).

Obligaties

In de meeste regio’s en over alle looptijden liepen kapitaalmarktrentes op in april. In de VS was de stijging groter dan in Europa. De 10-jaarsrente in de VS steeg met maar liefst 0,48% tot 4,68%. De 10-jaarsrente op Duitse staatsobligaties steeg minder hard in april: 0,29% tot een niveau van 2,58%. Nederlandse staatsobligaties met dezelfde looptijd lieten een soortgelijk beeld zien met een stijging van 0,27% tot 2,87%.

Obligaties met een hoger risicoprofiel kenden per saldo een licht positieve ontwikkeling afgelopen maand. Alleen de risicopremie van staatsobligaties van opkomende markten liep licht op met 0,02% naar 3,45%. Bij minder risicovolle bedrijfsobligaties zagen we een daling van 0,01% (tot 1,12%). Ook bij meer risicovolle bedrijfsobligaties was de daling minimaal (0,03 tot 3,38%).