Marktontwikkelingen september 2023

In september waren alle ogen weer gericht op rente en inflatie. Volgens verwachting verhoogde de ECB de beleidsrente met 0,25% en liet de FED deze ongewijzigd op 5,5%. Uit recente cijfers blijkt dat de inflatie, naar de zin van financiële markten en centrale banken, niet hard en snel genoeg daalt. Dit heeft als gevolg dat de markt verwacht dat centrale banken de rente langer hoog zullen houden. Dit zagen we bijvoorbeeld terug in een sterke stijging van de rente op staatsobligaties en een daling op de aandelenmarkten.

Energie is een relatief klein element dat invloed heeft op de hoogte van de inflatie, maar binnen deze categorie waren het olie (7%) en gas (meer dan 20%!) die flink duurder werden afgelopen maand. De OPEC gaf te kennen de productie van olie beperkt te houden en de gasprijs steeg door een staking bij Chevron in Australië. De Amerikaanse dollar trok verder aan ten opzichte van de euro (2,4%).

 Aandelen

In september moest de MSCI All Countries World Index (in euro gemeten) weer wat terrein prijsgeven: -1,7%. Anders dan vorige maand waren het nu de opkomende markten (-0,2%) die er relatief beter bij lagen dan de ontwikkelde markten (-1,9%). Binnen ontwikkelde markten was Japan (+0,4%) de enige regio die een positief rendement behaalde. Noord-Amerika (-2,2%) bleef daar het verst bij vandaan. Ook Europa (-1,6%) en Pacific exclusief Japan (-0,6%) lukte het niet deze maand om in het groen te blijven. Bij opkomende markten was Latijns-Amerika (weliswaar maar net: +0,2%) de enige regio die boven de nul bleef. Azië (-0,1%), China (-0,3%) en EMEA (-0,5%) lieten echter geen grote verliezen zien voor de maand. De financiële sector profiteerde van de verder opgelopen rente (+0,5%), en de energiesector kreeg een impuls door de stijgende olie- en gasprijzen (+5,0%). De IT sector bleef relatief achter.

Obligaties

In september zagen we dat de renteontwikkelingen in Europa meer in de pas liepen met de VS dan in  augustus. In de VS liep de 10-jaarsrente verder op tot 4,57% (+0,46%). De Duitse 10-jaarsrente steeg met 0,38% tot 2,84%. Dat is nagenoeg gelijk aan de beweging voor Nederlandse 10-jaarsrente: 0,39% hoger (naar 3,19%). De bewegingen bij de risicopremies waren aanzienlijk kleiner dan bij de rente. Staatsobligaties van opkomende markten (4,31%) en meer risicovolle bedrijfsobligaties (4,38%) kenden beide een stijging van 0,09%. Minder risicovolle bedrijfsobligaties (1,51%) zag de risicopremie zelfs iets dalen (-0,04%) in september.